Het was eerder toevallig dat we in Lucainena de las Torres terechtkwamen. Onderweg van de Sierra Nevada naar het natuurgebied Cabo de Gata rijden we door een dor en stoffig landschap. Regenen doet het hier nauwelijks. De halfwoestijn van Tabernas vormde vroeger het decor voor de opnames van diverse spaghettiwesterns zoals ‘The good, the bad and the ugly’. Deze filmsets kan je trouwens nog steeds bezoeken. Rijdend richting Nijar vallen ons herhaaldelijk de affiches met gekke kegelvormige torentjes op: de ‘hornos de calcinacion’ in Lucainena de las Torres. Lijkt ons een leuke tussenstop en even later draaien we het dorpje binnen.
We wandelen voorbij de dorpskerk, best een indrukwekkend gebouw voor zo een klein dorpje, en volgen het wandelpad naar de “hornos”, de ovens. Onderweg plukken we wat amandelnoten en na enkele pogingen lukt het mij om met een kei de harde schelp stuk te slaan en de noot min of meer intact en eetbaar te houden.
Die gekke torentjes blijken dus de gerestaureerde overblijfselen te zijn van wat ooit een bloeiende mijnindustrie was. Ijzererts werd in deze koolgestookte ovens door verhitting aangerijkt tot een hoogwaardiger eindproduct. Door de site loopt een leerpad en op meerdere infopanelen kom je meer te weten over de geschiedenis van de mijnbouw. Zo scherpen we onze kennis steeds verder aan. Best nog wat werk voor de boeg, hoor.
Nadien slenteren we nog wat door de verblindend witte straatjes van het dorp en drinken iets fris op een terrasje op het dorpsplein. Lucainena geeft een wat slaperige indruk, is bij momenten best fotogeniek en is omwille van de mijnbouw historisch gezien ook interessant, maar echt speciaal vonden wij het toen niet. Groot was dan ook onze verbazing toen we later op de website van ‘Los pueblos más bonitos en Espana‘ Lucainena de las Torres terugvond bij de mooiste 4 dorpen van Andalusië. In die lijst verwacht je bekende namen als Frigiliana, Arcos de la Frontera, Pampaneira of Vejer de la Frontera. En dan bekruipt ons een onbehaaglijk gevoel: wat hebben we gemist? Ook Arcos de la Frontera kon ons bijvoorbeeld eerst niet imponeren. Spectaculair gelegen, dat wel. Maar verder loste Arcos onze torenhoge verwachtingen toch niet helemaal in. Was het toen omwille van een overdaad aan witte dorpen of vanwege het druilerige voorjaarsweer?.
Gelukkig dat we besloten om Arcos de la Frontera bij een volgende gelegenheid toch weer eens aan te doen. Na die tweede keer waren we wel heel gecharmeerd van het stadje met zijn basiliek, zijn prachtige doorkijkstraatjes en de vele gezellige barretjes en restaurantjes.
Moeten we dan ook maar in Lucainena de las Torres nog eens een tweede keer op zoek naar wat we die eerste keer ‘net’ gemist hebben?
Net gemist
- Die eerste keer
- Sol y Nieve